brief aan mijn (t)huis

 Mijn lieve (t)huis

Ik ben je zo erg dankbaar voor alles wat je voor mij betekent. Ik vind het belangrijk dat jij dat weet.

Je bent al wat oud en versleten en er is door de jaren heen heel wat aan je getimmerd en geschilderd. Je hebt dat allemaal welgemutst doorstaan. Het was nochtans geen blijk van wantrouwen, hoor. Je bent helemaal goed zoals je bent. Het was gewoon echt nodig, lieve (t)huis, we willen namelijk dat je nog lang in ons leven kan blijven. Want je kleine gebreken, de barsten, scheuren en je algehele ‘scheefheid’, daar houden we net zo van!



Je hebt een klein tuintje en dat raakt langzaam aan gevuld met planten en bloemen. Het gras laten we liefst zo lang mogelijk ongemoeid, want wij, jouw bewoners, kennen het onderscheid niet goed tussen wat nu zogezegd een ‘bloem’ is en wat ‘onkruid’. Je weet dat wij houden van al wat kleur en geur geeft voor de bijtjes, hommels en vlinders.

Wij leven zo hartstochtelijk graag in jouw comfortabele armen, lieve (t)huis! We eten, slapen, kijken tv, lezen boeken, doen yoga, fietsen op de hometrainer (ik weet zeker dat ik het foltertoestel in jouw woonkamer zo niet mag noemen van Stijn, maar hou het stil onder ons) in al jouw verwelkomende ruimtes. Het meest intens 'thuis' voel ik me wanneer ik helemaal niks doe en gewoon op een kussen zit. Dan hoor ik en voel ik je aanwezigheid doorheen heel mijn lichaam. 

Tot voor kort ontvingen we binnen jouw muren familie en vrienden. Ik heb soms het gevoel dat jij hen en hun gelach even erg mist als wij. Wees gerust, lieve (t)huis, zij komen allen terug. Je zal zien. Ik troost me met de gedachte dat jij al een hele lange tijd langer leeft dan ik en dus ook al heel wat meer hebt gezien en geleden. Dit kan er vast ook nog wel even bij. Van zodra het kan, lieve (t)huis, zie jij ook weer eens andere mensen dan ondergetekende. Beloofd!

Tegenwoordig oefenen wij een nieuwe activiteit uit in jouw gekoesterd gezelschap. Je hebt er vast al van gehoord wanneer het journaal op stond: telewerken. Ik wil het er niet over hebben, lieve (t)huis, maar het spijt ons echt!!! Het spijt ons zozeer dat wij  alle werkdagen jouw rust in de keuken een ganse dag verstoren met digitale vergaderingen en jouw keukenstoelen op één jaar tijd versleten hebben terwijl zij voordien onverwoestbaar leken. Terwijl jouw vertrouwde vrienden niet meer mogen langskomen, ben je tegelijk wel elke dag vervuld van onbekenden die nieuwsgierig in jouw ruimtes loeren. Ik weet het, het is brutaal en niet eerlijk. Soms verander ik mijn digitale vergaderachtergrond wel eens in een strand maar om één of andere reden voelt dat wat aan als verraad aan jou. Van zodra we kunnen, houden we er echt mee op, met dat telewerken. Ook beloofd.

Ach lieve (t)huis, je betekent zoveel voor mij en je hebt me zoveel gegeven. Een boek van vierhonderd pagina’s is niet dik genoeg om te vertellen hoe dankbaar ik je ben voor de veiligheid en tevredenheid die ik binnen jou voel. Het is onbetaalbaar.

Dus vergeef me wat ik nu ga zeggen.

Ondanks al jouw onnavolgbare verwezenlijkingen voor mijn gemoedsrust ga ik jou een tijdje verlaten wanneer ik kan. Dan ga ik op reis. Het is contradictorisch, lieve (t)huis, ik weet het. Laat het me proberen uitleggen. Ik wil je echt niet verdrietig maken. Jij weet niet wat reizen is, zo verankerd en standvastig als je bent. Maar lieve (t)huis, jij bent geen mens…Jij mist niet wat ik mis.

Ik mis de reis die mij naar de andere kant van onze wonderlijke wereld voert. Ik mis de taal die ik niet begrijp en niet spreek. Ik mis de lichte stress van het onbekende en misschien soms zelfs het gevaarlijke. Ik mis de steelse blikken en verlegen lachjes. Ik mis het lokale openbaar vervoer waar ik meestal niks van begrijp. Ik mis het niet goed te weten waar en wanneer ik moet afstappen. Ik mis de exotische kleuren en de spannende geuren op de markten, in de drukke en chaotische steden, in de wilde natuur. Ik mis de fysieke uitdaging van een fikse jungle- of bergtocht, al vloek ik er telkens lustig op los door vermoeidheid, koude, hitte of talrijke muggenbeten. Ik mis te leren van mensen die totaal anders leven.

Mijn lieve (t)huis, mijn wereld vandaag is klein. Te klein. In een te kleine wereld hecht ik te veel belang aan zaken die er te weinig toe doen.

Niet de mensen. De mensen in mijn kleine wereld zijn inderdaad altijd de nummer één voor mij en dat zullen ze altijd zijn. Maar om de best mogelijke vriendin, dochter, zus, geliefde, collega…voor deze lieve bende te zijn…moet ik af en toe kunnen ademen in mijn grootst mogelijke wereld.

Moet ik in donkere, glinsterende twinkelogen kijken die me stilzwijgend vertellen dat ik maar een rare ben. Moet ik met verbazing en verwondering leren dat er zoveel andere manieren bestaan om te zijn. Moet ik mezelf van harte en met heel veel opluchting kunnen relativeren. Moet ik helemaal opgewonden zijn over het zo andere natuurschoon en de wilde dieren die het bewonen.

Jij, lieve (t)huis, bent zekerheid, rust en onveranderlijkheid. Reizen is onzekerheid, chaos en constante verandering.

Ik moet op reis gaan in die wijde wereld om terug te komen. Omdat ik dan mijn kleine wereld en jou begin te missen. Dan kom ik met een diepe zucht rusten in jouw liefkozing. Beloofd.

Heel veel lieve en dankbare kusjes,

Je Sarah





Reacties

Een reactie posten

Populaire posts